Peasant Autonomy
         Archive          
ga naar de vorige pagina     English     ga naar de volgende pagina
Verhaal 94

Een dorpje in Aragón, Spanje – 1937

De dorpspastoor begrijpt het niet meer


for bigger picture click on this photo

(Foto: Alfonso)

Aragón.

Ik begrijp die jongen niet. Nou ja, het is allang geen jongen meer, maar ik weet nog goed dat ik hem doopte. Als kind kwam hij geregeld een praatje met me maken. Zo aardig! Even glimlacht pastoor Mosén Milán. Dan gaat hij verder met zijn gebeden. Maar al snel dwalen zijn gedachten opnieuw af. Later is hij misdienaar geworden. Misschien is het daar allemaal mee begonnen. Een keer nam ik hem mee om het Heilig Oliesel naar een stervende te brengen. Het was een landarbeider die in een grot woonde. Paco was helemaal geschokt door de armoede. Ik heb hem gekalmeerd door te zeggen dat de man nu rechtstreeks naar de hemel zou gaan, omdat God houdt van de armen. En dat hij daar voor altijd gelukkig zou zijn.

Twee jaar geleden heb ik zijn huwelijk nog ingezegend. Het was een prachtig feest. Heerlijke gevulde patrijs hebben we gegeten. Iedereen was vrolijk, iedereen houdt van Paco. Het is echt een jongen met een goed hart. Hij is van een kleine boerenfamilie, maar hij kijkt niet neer op landarbeiders. Integendeel. Hij heeft nog vaak met me over de grotten gesproken. Dat die afgeschaft moesten worden en dat de armen huizen van de gemeente moesten krijgen. Soms ging de fantasie met hem op de loop.
En opeens raakte het hele land in beroering. De koning vluchtte naar het buitenland. Er kwam een nieuwe regering in Madrid. Bij de gemeenteraadsverkiezingen werden stuk voor stuk kleine boeren gekozen. Paco was een van hen. Er was een nieuwe wet aangenomen, hoorden we, dat de adel zijn land moest afstaan aan de dorpen. “De weidegrond die we ieder jaar moeten pachten van die hertog die ver weg woont, die is nu van ons, van het dorp”, zei Paco. Ik legde hem uit dat het al vierhonderd jaar zo ging en dat het heus niet een-twee-drie afgeschaft kon worden. Maar hij luisterde niet naar me.


for bigger picture click on this photo

(Foto: Angel)

Aragón.

Pastoor Milán zucht diep. Hij zit nog steeds op zijn bidstoel en steunt zijn hoofd in zijn handen. Er doen geruchten de ronde dat groepen mannen uit de stad met knuppels en geweren naar de dorpen komen om ze 'te zuiveren', zoals ze dat noemen. Dat ze links en rechts boeren doodslaan die met de nieuwe regering meedoen. Als Paco maar niks overkomt, het is zo'n aardige jongen, nou ja, een man eigenlijk.

_______________________

Bron
Requiem voor een Spaanse boer (1953) is een prachtige en verschrikkelijke novelle van de Spaanse schrijver Ramon J. Sender, over het leven in een klein dorpje in tijden van verandering.



Ga naar:
= de volgende pagina: Pater Sebastião - Noordoost-Brazilië – 1938, verhaal 95.
= de Inhoudsopgave, verhaal 94.