Peasant Autonomy
         Archive          
ga naar de vorige pagina     English     ga naar de volgende pagina
Verhaal 118

Een dorpje in Kameroen – 1958 (1)

De basis van mijn leven


for bigger picture click on this photo

(Foto: Rbairdpccam)

Kameroen.

De oude vrouw legt een fraai gekleurd, dik schrift op tafel en gaat met enige moeite zitten. Haar botten doen pijn. Ze is oud geworden. Ze pakt haar balpen en slaat het schrift open. “Halla heet ik”, schrijft ze neer, “Halla Fitini, dat betekent 'Kleine Halla'. Ik ben vernoemd naar mijn oma 'Grote Halla'.” Dan dwalen haar gedachten af. Zoveel heeft ze meegemaakt in haar leven. De strijd voor de onafhankelijkheid, de wreedheden van de Franse bezetters, de vreugde van het nieuwe begin, de afschuwelijke corruptie die al snel haar intrede deed. Ze is haar geboortedorp ontvlucht vanwege haar brute vader en heeft in de stad werk gevonden als zangeres en later toneelmaakster. Maar nu is ze oud, het is tijd om haar herinneringen op te schrijven.

“Halla heet ik, Halla Fitini. Ik ben opgegroeid in een klein afgelegen dorpje, Massébè. Het dorpje lag niet aan de weg, er waren alleen een paar voetpaden naar andere dorpen. Er woonden zo'n dertig families.
Ik heb er een fantastische jeugd gehad, hoewel mijn vader er meestal niet was en ook mijn moeder vaak weg was naar haar familie. Ik ben in feite grootgebracht door mijn opa Grootvader Helly en mijn oma Grote Halla. Grootvader nam me mee naar het bos om rotan en bamboe te kappen, geneeskrachtige te zoeken en strikken te zetten. Of hij toonde me de cacao- en koffiestruiken op zijn plantage. Hij liet me ook zien hoe hij meubels en manden maakte en prachtig rotan vlechtwerk. 's Avonds wees hij mij de sterrenbeelden aan en leerde mij hun namen.
Omdat ik zijn favoriete kleindochter was, mocht ik later zelfs mee naar de geheime bijeenkomsten van de Mbombock, waar wijze oude mannen eeuwenoude kennis over het leven en het universum fluisterend aan elkaar doorgaven.


for bigger picture click on this photo

(Foto: Jbdodane)

Kameroen.

Vaak ging ik ook mee met mijn oma, op het land werken, samen met mijn zusjes. We vertrokken heel vroeg, als het nog een beetje donker was. Mijn oma nam wat gloeiende kooltjes mee en het eerste wat we deden als we bij de akker waren, was een vuurtje maken, want het was koud, zo vroeg. We aten wat en begonnen dan hard te werken om warm te worden en de insecten van ons lijf te houden. Oma leerde ons liederen, die het werk makkelijker maakte, vrolijker. Als het heet begon te worden, plukten we nog wat groente, trokken wat knollen uit de grond en gingen terug naar huis.”

De oude vrouw schuift het schrift een beetje van zich af. Al die aandacht van Grootvader Helly en van oma Grote Halla en al hun verhalen en wijze raadgevingen, vormden in feite de basis voor mijn hele leven. Tot nu toe nog geven zij mij steun.

_______________________

Bron
De Kameroense auteur Werewere Liking beschrijft in haar roman Afgesneden herinnering (2004) het leven van een dorpsmeisje dat in de stad belandt, maar nog vaak terugdenkt aan haar dorp.



Ga naar:
= deel 2, de volgende pagina: Wraak - een dorpje in Kameroen – 1958 (2), verhaal 119.
= de Inhoudsopgave, verhaal 118.